We varen over de brede, langzaam stromende rivier, bruin van kleur, waarin tal van bergstroompjes uit de jungle zich hebben verzameld. Maar hoe idyllisch dat ook klinkt: onderweg ga ik nog meer twijfelen aan mijn plan als de motor afslaat. De Musi wordt hier druk bevaren door grote zeeschepen, en wij zitten in een klein bootje dat het niet meer doet.

Toegegeven: ik plaagde ze wel eens als mannen opschepten over hun auto, bijvoorbeeld een Audi 80.

“Heb je die dan al in 1980 gekocht?”
Of als ik zo nodig moest weten dat iemand in het gelukkige bezit was van een Ferrari.
“Oh, ik heb twee vliegtuigen gehad.”

Heeft Frank de Boer – toch een gelouterde verdediger – zich vooraf voldoende verdiept in zijn tegenstander? Ik krijg niet de indruk. Had hij in 2001 de eerste negen hoofdstukken van dit boek kunnen lezen, dan was hij waarschijnlijk beter op zijn hoede geweest.